Locatie:Stationsplein 3d, 4702 VX Roosendaal
CBS Typering: Dienstwoning
Bouwjaar: 1907
Architect: G.W. van Heukelom
Soort monument: Gemeentelijk
Monumentnummer: .
Geplaatst d.d.: 6 december 2010
Kadastrale aanduiding: Roosendaal, Sectie ., Nr .

Omschrijving van het monument

Algemeen:
Op 1 oktober 1863 werd de eerste staatslijn tussen Breda en Tilburg geopend die werd uitgevoerd door de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen. Op 23 december 1863 werd ook de lijn Roosendaal -Bergen op Zoom in gebruik genomen. De toenemende drukte van reizigers en de bedrijvigheid aan het grensstation maakte het in Waterstaatsstijl opgetrokken station al snel te klein. Er was geen uitbreiding mogelijk, het geheel lag te dicht op het centrum. In 1899 werd besloten het station zo'n 650 meter oostwaarts te verplaatsen, de huidige locatie. De verplaatsing bracht enige forse stedenbouwkundige ingrepen met zich mee. Zo is een deel van de Rucphense Vaart, Hoge Brug -Hofstraat gedempt om het station te kunnen aanleggen. Gelijktijdig is rond 1907 de Brugstraat aangelegd. Er ontstond zo een geheel nieuw station met Stationsplein en Brugstraat. De Stationsstraat werd verder doorgetrokken naar het nieuwe Stationsplein. Het nieuwe station met bijgebouwen werd gebouwd van 1904 tot 1907. Op 3 november reed de eerste trein het nieuwe complex binnen dat met een gevel van bijna tweehonderd meter lengte één van de grootste Nederlandse stationsgebouwen was. Het station, dat Jugendstil-elementen vertoont, werd zwaar beschadigd in de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog werd het station deels in dezelfde stijl opgebouwd en voor een ander deel herbouwd door de architect S. van Ravesteyn.

De panden Stationsplein 3d en 4/5 maken in oorsprong deel uit van de stationsbebouwing. Door de ontwikkelingen rond het station hebben de panden qua gebruik de relatie met het station verloren en liggen ingeklemd tussen de inrit naar een parkeerplaats. Achter de panden ligt een opslagloods.

Stationsplein 3d

De gedeeltelijk onderkelderde eenlaagse voormalige dienstwoning met bedrijfsruimte bestaat uit en begane grond en zolderverdieping onder een schilddak dat gedekt is met gesmoorde pannen. Het pand is in 1907 gebouwd naar een ontwerp van architect Ir. G.W. van Heukelom als dienstwoning voor de chef van de nabijgelegen herstelwerkplaats voor locomotieven. Het pand is gebouwd van rode baksteen in kruisverband en heeft een hardstenen plint. De gevels worden afgesloten met een geprofileerde bakgoot op houten geprofileerde dragers waaronder zich een licht rode bakstenen speklaag bevindt.

Voorgevel (evenwijdig aan de Spoorstraat)
De voorgevel heeft zes vensterassen die elk bestaan uit twee kozijnen met ramen gescheiden door een penant. De hardstenen onderdorpel en decoratieve latei lopen over beide ramen door. Boven de latei bevindt zich een decoratieve segmentboogvormige rollaag. Tussen de vierde en vijfde vensteras zijn in een rechthoekige gevelopening twee ramen geplaatst, die gescheiden worden door baksteen en een hardstenen band. Het onderraam is gedeeld door een hardstenen stijl, het bovenraam heeft een zesvlaks roedenverdeling. Tussen de vijfde en de zesde vensteras bevindt zich de toegang die gevormd wordt door en een paneeldeur met twee raampjes en een bovenlicht met en zesvlaks roedenverdeling. In het dakvlak boven de voorgevel zijn twee dakkapellen geplaatst. Deze dakkapellen heben een geprofileerd dakoverstek op klossen. De wangen zijn bekleed met leien. In de drie vensters is isolerende beglazing geplaatst.

Linker zijgevel
In de linker zijgevel bevinden zich twee rondboogvormige toegangen met dubbele deuren, bovenlichten en een rollaag. In het dakvlak boven de linker zijgevel is een dakkapel geplaatst. Deze dakkapellen hebben een geprofileerd dakoverstek op klossen. De wangen zijn bekleed met leien. In de drie vensters is isolerende beglazing geplaatst.

Rechter zijgevel
Aan de rechter zijgevel is een eenlaagse aanbouw gebouwd onder dezelfde architectuur als het hoofdgebouw. Deze aanbouw heeft in de gevel evenwijdig aan de Spoorstraat (voorgevel) twee vensters met een vierruits roedenverdeling en in de rechter zijgevel, haaks op de Spoorstraat, drie vensters. Het linker - en rechter venster is ongedeeld en het middelste bestaat uit twee ramen gescheiden door een hardstenen stijl. Deze ramen hebben een vierruits roedenverdeling. De achtergevel is blind en toont een rondboogvormige dichtgemetselde gevelopening waarin zich in het verleden een toegangsdeur bevond. De rechter zijgevel heeft aan de voorzijde naast de aanbouw een toegang met een deur en een vierruits bovenlicht onder een hardstenen latei. Aan de achterzijde bevindt zich een venster met een zesruits roedenverdeling. In het dakvlak boven de rechter zijgevel is een dakkapel geplaatst. Deze dakkapellen hebben een geprofileerd dakoverstek op klossen. De wangen zijn bekleed met leien. In de drie vensters is isolerende beglazing geplaatst.

Achtergevel
In de achtergevel bevinden zich van links naar rechts een venster met kalf en twee aan elkaar gekoppelde vierruits ramen, een toegang met een deur en een vierruits bovenlicht, twee gekoppelde vensters met een zesruits roedenverdeling, een voormalige toegang met twee vierruits ramen, een toegang met deur en vierruits bovenlicht, twee gekoppelde vensters met elk twee vierruits ramen en een gewijzigde geveldeel aan de rechterzijde. In dit deel zijn twee vensters samengevoegd en een nieuwe gevelindeling gemaakt. Een deel van de oude vensters is dicht gemetseld. In een betonnen band is een samengesteld venster geplaatst. Voorts is de ruimte dicht gemetseld en heeft het nieuwe metselwerk een gepleisterde plint gekregen. In het dakvlak boven de achtergevel is een dakkapel geplaatst. Deze dakkapellen hebben een geprofileerd dakoverstek op klossen. De wangen zijn bekleed met leien. In de drie vensters is isolerende beglazing geplaatst.

  • TERUG