Locatie:Vinkenbroeksestraat 33, 4703 SC Roosendaal
CBS Typering: Boerderijcomplex
Bouwjaar: 1903
Architect: M. Vergouwen
Soort monument: Gemeentelijk
Monumentnummer: .
Geplaatst d.d.: 30 juni 2009
Kadastrale aanduiding: Roosendaal, Sectie P, Nr 360

Omschrijving van het monument

Algemeen
De Vinkenbroeksestraat verbindt Roosendaal met Wouw en ligt in een open overwegend agrarisch gebied. Het gebied wordt gekenmerkt door het dorp Wouw een dorp met overwegend vrijstaande bebouwing met in de kern aan de Moerstraatseweg een kerk met pastorie en een school. Buiten het dorp liggen enkele boerderijen van het Westbrabantse type waaronder Hellegatsestraat 31 en Vinkenbroeksestraat 33. Het Westbrabantse type onderscheid zich van andere boerderijcomplexen door de vrije, enigszins verhoogde, ligging ten opzichte van de straat en qua bebouwing door een vrijstaande woning met een tussenlid naar achter gelegen schuren.

Het boerderijcomplex aan de Vinkenbroeksestraat 33 ligt enigszins verhoogd ten opzichte van de straat op het kruispunt van de Vinkenbroeksestraat en het Hollewegje. In 1903 is in opdracht van Jac. Vos naar een ontwerp van M. Vergouwen, architect te Roosendaal het woonhuis met aanbouw gebouwd. In 1947 is de oorlogsschade herstelt. In 1951 is in opdracht van A. Vos naar een ontwerp van H.P. Gremmen een landbouwschuur met kippenhok gebouwd. De schuur rechts naast het woonhuis is in het tweede kwart van de 20e eeuw gebouwd. Het woonhuis wordt door een tuin van de straat gescheiden. Voor het woonhuis bevindt zich een stoep. Naast het woonhuis geeft een verharde oprijlaan toegang tot het erf waaraan de schuren grenzen. Voor de schuren bevindt zich erf dat deels verhard is met grind en een gazon. Dit wordt van het Hollewegje gescheiden door een rij bomen. Het boerderijcomplex bestaat uit een woonhuis met een éénlaagse aanbouw met een schuur (1) en een tweede schuur (2). Een steens muur met een ezelsrug verbindt de aanbouw achter het woonhuis met de schuur (1).

Woonhuis
Het gedeeltelijke onderkelderde woonhuis staat op een rechthoekig grondvlak en omvat een begane grond en een zolderverdieping onder een zadeldak dat gedekt is met rode verbeterde Hollandse pannen en waarvan de kaprichting evenwijdig aan de straat loopt. Aan beide zijden van het dak bevindt zich een schoorsteen. De gevels zijn gebouwd met rode baksteen in kruisverband en verlevendigd met gele bakstenen speklagen en hebben een hardstenen plint. De beschreven vensters zijn recent vervangen door kunststof kozijnen met kunststof ramen.

Voorgevel
De voorgevel is symmetrisch gebouwd en vijf vensterassen breed. De toegang bevindt zich in een ondiep portiek en wordt gevormd door een paneeldeur met een ongedeeld bovenlicht. De toegang is bereikbaar via een harstenen trede. Aan beide zijden van de toegang bevinden zich twee ongedeelde vensters met een geprofileerd kalf. De gevelopeningen hebben een hardstenen lekdorpel en worden afgesloten met een rondboog. Het boogveld is gevuld met siermetselwerk. De vensters zijn voorzien van rolluiken. De gevel wordt afgesloten met een gevellijst met een gedecoreerde gemetselde lijst, een gemetselde fries en een geprofileerde bakgoot. Ter hoogte van de toegang bevindt zich een Vlaamse gevel die is gedekt met een zadeldak. In dit deel van de gevel bevindt zich een schuifvenster met een vierruits roedenverdeling (2+2).

Linker zijgevel
De linker zijgevel heeft op de begane grond twee vensters onder een segmentboog. Ter hoogte van de verdieping bevindt zich een venster onder een rondboog waarvan het boogveld is gevuld met siermetselwerk. De vensters hebben een hardstenen lekdorpel. De gevel wordt afgesloten met uitgetand metselwerk onder een dakoverstek op klossen. De linkerzijgevel va de aanbouw heeft een venster en drie betonnen stalramen. Dit geveldeel wordt afgesloten met een bakgoot.

Rechter zijgevel
De rechter zijgevel heeft aan beide zijden op de begane grond een halfraam onder een segmentboog. Ter hoogte van de verdieping bevinden zich twee vensters. Alle vensters hebben een segmentboog met een gele bakstenen strek en een hardstenen lekdorpel. De gevel wordt afgesloten met uitgetand metselwerk onder een dakoverstek op klossen. De rechterzijgevel van de aanbouw grenst aan het erf. In deze gevel zijn twee toegangen en een betonnen stalraam. Deze gevel wordt afgesloten met een bakgoot.

Achtergevel
Aan de achtergevel is een éénlaagse aanbouw gebouwd onder een zadeldak dat gedekt is met rode verbeterde Hollandse pannen. In de hoek van het woonhuis en de aanbouw bevindt zich in een éénlaagse aanbouw onder een plat dak een toegang. Voorts is de achtergevel van het woonhuis vanaf de openbare weg niet zichtbaar. De achtergevel van de aanbouw is blind en wordt afgesloten met een tuit.

Schuur (1, tweede kwart 20e eeuw)
Deze schuur is gebouwd onder een zadeldak dat gedekt is met rode verbeterde Hollandse pannen en waarvan de nok haaks op de straat staat. In de nok zijn drie ventilatieopeningen geplaatst. In de voorgevel bevinden zich aan de linkerzijde een toegang met een houten opgeklampte deur met een gedeeld bovenlicht. Hiernaast is een stalraam geplaatst. Aan de rechterzijde van de gevel geven dubbele houten opgeklampte deuren toegang tot de schuur. De scharnierpunten zijn wit gemarkeerd. Ter hoogte van de verdieping geeft een houten opgeklampte deur toegang tot de zolder. Hierboven is een driehoekvormig afdakje geplaatst. De gevel wordt afgesloten met een dakoverstek op klossen. De linkerzijgevel is vanaf de openbare weg niet zichtbaar. In de rechter zijgevel bevinden zich vier segmentboogvormige toegangen met houten opgeklampte deuren en negen stalramen met een zesruits roedenverdeling. In het midden breekt een Vlaamse gevel door de goot heen. Hierin bevindt zich onder een driehoekig afdakje een toegang tot de zolder die gevormd wordt door dubbele houten. Aan de achterzijde is een gepleisterd gevelvlak zichtbaar dat kan duiden op een dichtgemetseld of een herstelt geveldeel. De gevel wordt afgesloten met een hardstenen band en een opzetstuk. In de achtergevel bevindt zich een getoogde opening met dubbele houten opgeklampte deuren en een enkele houten opgeklampte deur. Een houten opgeklampte deur onder een driehoekig afdakje geeft toegang tot de zolder.

Schuur (2, 1951)
Deze schuur bestaat uit een begane grond en een zolderverdieping onder een zadeldak dat gedekt is met rode verbeterde Hollandse pannen en waarvan de nok haaks op de straat staat. In de voorgevel bevinden zich drie toegangen met dubbele houten opgeklampte segmentboogvormige deuren. Aan de rechterzijde bevindt zich twee stalramen. In de linkerzijgevel bevinden zich twee hoge segmentboogvormige toegangen met houten opgeklampte deuren en drie lage segmentboogvormige toegangen met een houten opgeklampte deur. De gevel wordt afgesloten met een mastgoot. In de rechter zijgevel bevinden zich vijf segmentboogvormige toegangen met houten opgeklampte deuren en tien stalramen met een zesruits vlakverdeling. De middelste deur reikt tot de goot. De gevel wordt afgesloten met een mastgoot. In de achtergevel bevindt zich een getoogde opening met dubbele houten opgeklampte deuren en een enkele houten opgeklampte deur en drie segmentboogvormige stalramen met een zesruits roedenverdeling.

  • TERUG